Johan Cruijff : zijn tijd als speler bij Ajax, Barcelona en Feyenoord

Cruijff is zonder twijfel de beste Nederlandse voetballer aller tijden en een van de meest geliefde spelers ter wereld. ‘Nummer 14’ beleefde zijn beste jaren bij Ajax, Barcelona en Feyenoord, het is die periode als speler die we in dit artikel onder de loep nemen.

Jeugd

Johan Cruijff werd geboren op 25 april 1947 en groeide op in de wijk Betondorp in Amsterdam, niet ver van het toenmalige Ajax-stadion De Meer. Vanaf zijn zesde voetbalde Cruijff al mee bij Ajax, maar hij kon zich pas officieel aansluiten toen hij 10 jaar oud was.

In het seizoen 1962-1963 werd hij kampioen met het hoogste jeugdelftal van Ajax, kort nadien tekende hij zijn eerste contract bij Ajax. Hij was daardoor na Piet Keizer de tweede Nederlander met een voltijds profcontract in het voetbal.

Ajax

Cruijff maakte zijn debuut voor Ajax op 15 november 1964, hij scoorde het enige doelpunt in een 3-1 nederlaag tegen GVAV. In zijn eerste seizoen speelde de 17-jarige Cruijff tien wedstrijden waarin hij vier keer wist te scoren, trainer Rinus Michels vond hem nog iets te jong en daardoor moest hij zich tevreden stellen met een gelimiteerd aantal minuten. Het was een van de slechtste seizoenen in de geschiedenis van Ajax en de Amsterdammers degradeerden bijna.

Het volgende seizoen won Ajax, met Cruijff in de basis, meteen de titel. Het seizoen daarna maakte Ajax onder leiding van topscorer Cruijff (33) een recordaantal van 122 doelpunten, een nummer dat tot de dag van vandaag nooit is overtroffen.

Cruijff spendeerde uiteindelijk tien seizoenen bij Ajax, waarin hij 250 doelpunten maakte in 318 wedstrijden. Hij pakte zes keer de titel en won ook vier keer de beker.

FC Barcelona

In 1973 trok Cruijff naar Barcelona, hij was op dat moment al een grote naam in het Nederlandse voetbal, in Catalonië zou hij uitgroeien tot een echte wereldster. 

Hij maakte zijn debuut voor Barça eind oktober 1973 tegen Granada, het seizoen was toen al enkele weken bezig maar de Spaanse voetbalbond liet eerst niet toe dat er buitenlanders in de competitie speelden.

Ondanks zijn enorme populariteit kon Cruijff in vijf seizoenen maar 1 keer de titel winnen in Spanje, in 1978 won hij ook wel de Copa del Rey met Barcelona. Zijn hoogste doelpuntenaantal was 16, een heel eind verwijderd van de 33 bij Ajax.

Hij werd wel twee keer verkozen tot beste speler van de Primera Division en won ook twee keer (drie keer in het totaal) de trofee voor Europees voetballer van het Jaar. 

In de zomer van 1978 besloot Cruijff op 31-jarige leeftijd om een punt achter zijn carrière te zetten. Een zwarte dag voor alle Barça-fans, want Cruijff werd op handen gedragen in Catalonië. 

Na een mislukt avontuur in de zakenwereld besloot Cruijff om opnieuw te gaan voetballen en hij vertrok op een avontuur dat hem naar Los Angeles Aztecs, Washington Diplomats en Levante bracht.

Opnieuw Ajax

In 1981 keerde Cruijff eindelijk terug bij Ajax, de club waar het voor hem allemaal begon. Presentator Jack van Gelder zorgde ervoor dat de club en Cruijff opnieuw toenadering zochten.

Vele fans waren niet zeker dat ‘nummer 14’ het nog kon op 34-jarige leeftijd, maar Cruijff nam alle twijfels weg door meteen bij zijn (tweede) debuut te scoren. 

Cruijff bleef twee seizoenen bij Ajax en leidde het team naar twee nieuwe titels, in zijn laatste seizoen bij de Amsterdammers won hij ook nog de KNVB Beker.

Feyenoord

Na een ruzie met de voorzitter besloot Cruijff om Ajax in te ruilen voor Feyenoord, in Rotterdam haalde hij zijn sportieve revanche door de titel en de beker te winnen.

Let op: odds kunnen onderhevig zijn aan veranderingen